Naam
(interventionele) angiografie, IA-DSA
Wat
Een angiografie is een radiologisch onderzoek waarbij de bloedvaten met een contraststof gevuld worden via een katheterisatie. Dit kan zowel door het aanprikken van een ader als van een slagader. Tegenwoordig worden bijna alle diagnostische arteriografies (IA-DSA) vervangen door CT angiografie, gezien deze techniek meer informatie geeft en minder nadelen vertoont (minder verwikkelingen, geen 1-dagshospitalisatie en het onderzoek kan veel sneller gebeuren)
Voorbereiding
De patiënt wordt opgenomen in het daghospitaal. U dient nuchter te zijn vanaf middernacht voor het onderzoek, dwz niets meer eten. Water drinken mag wel nog.
Meld steeds indien u een allergie heeft! Dit is belangrijk omdat u contraststoffen via uw bloedvaten ingespoten krijgt. Indien u allergisch bent aan contrastvloeistoffen of medicatie, dient u dit enkele dagen op voorhand aan uw behandelende geneesheer te melden, zodat de nodige voorzorgsmaatregelen genomen kunnen worden.
U meldt zich ’s morgens (9u) aan bij het onthaal van het ziekenhuis en mag rond 17 u weer naar huis (indien er geen tegenindicaties zijn).
De liesstreek wordt geschoren. U dient een operatieschortje aan te doen.
De bloedstolling moet in orde zijn. Hiervoor gebeurt er nog een controle in het ziekenhuis, indien nodig.
U wordt per bed naar de dienst radiologie gebracht om het onderzoek te laten doen.
10 minuten voor het afgesproken uur mag u zich aanmelden bij het secretariaat. U brengt het aanvraagformulier dat door de dokter is ingevuld en uw identiteitskaart mee.
Verloop van het onderzoek
Ter hoogte van de prikplaats wordt de huid verdoofd. Daarna wordt de ader of de slagader aangeprikt met een holle naald. Via deze naald wordt een geleider ingebracht. Eens de geleider ter plaatse, kan de naald verwijderd worden, terwijl de geleider ter plaatse blijft. Over de geleider heen wordt de katheter aangebracht en ter plaatse gelegd. Als de katheter ter plaatse is, worden beelden gemaakt van de te onderzoeken bloedvaten. Om duidelijke beelden te krijgen, wordt er een contraststof ingespoten. Bij het inspuiten van deze contraststof, kan het zijn dat u een warmte-opwelling krijgt of het benauwd krijgt. Dit is volkomen normaal en van voorbijgaande aard. Aan het einde van het onderzoek krijgt u een drukverband ter hoogte van de insteekpunt. Dit is om bloeding te voorkomen en het insteekpunt goed te laten genezen.
Nazorg
Na het onderzoek moet u gedurende 24 uur bedrust houden.
Het is zeer belangrijk dat u het been, waar de insteekplaats geweest is, niet buigt. U mag wel naar huis, als er voldoende opvang aanwezig is, maar moet wel bedrust houden tot 24 uur na het onderzoek. U mag de eerste dag niet steunen op het been waar de punctie plaats vond.
De eerste dag na het onderzoek is het niet aangeraden om een bad of douche te nemen (owv gevaar voor infectie langs het insteekpunt van de katheter).
U mag de eerste dag nog geen trappen doen. Het insteekpunt is wel dichtgegroeid, maar nog te broos en te veel wrijving kan een bloeding veroorzaken.
Duur
Afhankelijk van het soort onderzoek : 1.30 – 2 uur.
De uitslag
De radioloog beoordeelt de foto’s waarna hij uw behandelende arts een verslag van de bevindingen opstuurt.